Ik las het stuk in de correspondent van Vera Mulder over het nieuw op te zetten plan voor de jeugdzorg van Marieke van der Aar. Ik was als een van de vele jeugdhulpverleners aanwezig tijdens de schrapweek jeugd in februari. Dit initiatief is ontstaan vanuit het actieplan “(on)tregel de zorg”. In deze week komen jeugdhulpaanbieders en inkopers samen om dicht bij henzelf te zoeken naar oplossingen om de administratieve druk te verlagen. Van der Aar was aanwezig op deze dag en mag ik even applaus voor deze vrouw. Hulde voor iemand op bestuursniveau die écht luistert naar de praktijk en de vertaalslag weet te maken.
Samenvatting artikel
Ik wil het artikel in de correspondent van harte aanbevelen maar ik probeer het even heel kort & bondig samen te vatten.
Het uitgangspunt is het falen van de decentralisatie van de jeugdzorg in 2015. In een rapport van de Inspectie voor Gezondheidszorg en Jeugd en voor Justitie en Veiligheid worden meerdere tekortkomingen benoemd. De werkdruk is te hoog, processen duren te lang en de bureaucratische druk is te hoog.
Een prachtige winst vanuit de inzet van onder andere Marieke van der Aar is het afschaffen van het tijdschrijven in de jeugdzorg. Toch is dit slechts een kleine stap in het grotere geheel waar grote behoefte is aan verandering.
Waar het belangrijkste pijnpunt ligt is dat de gemeente een constante tweestrijd moet leveren. Enerzijds zijn ze verantwoordelijk om te zorgen dat inwoners goed geholpen worden en de beste zorg ontvangen en anderzijds zijn ze belast met het budgetteren van zorg. Dit is in strijd met elkaar waardoor de uitvoering een verlies – verlies situatie is. Vervolgens zijn er tussen de twee en zesduizend (!) jeugdzorgaanbieders in Nederland die met elkaar de strijd aangaan om de beperkte budgetten van de gemeente in handen te krijgen. Dit zorgt ervoor dat ze geen informatie of goed werkende methoden met elkaar delen. Dit kan er namelijk voor zorgen dat je concurrent er met het budget vandoor gaat.
Drastisch versimpelen
Gelukkig komt van den Aar met een plan. Drastisch versimpelen.
- Financiering gaat terug naar de overheid (het Rijk)
- Er komt een stichting waar alle jeugdzorgaanbieders in dienst komen
- Gemeenten blijven alleen nog verantwoordelijk voor het bieden van toegang tot zorg voor de inwoners
- Invulling van zorg ligt bij de jeugdzorgaanbieders
- Einde marktwerking en einde dubbele rol gemeente
Vera Mulder stelt vervolgens een aantal kritische vragen. Op twee daarvan wil ik graag wat dieper ingaan.
- Hoe voorkom je dat er onbeperkt geld wordt uitgegeven?
- Maar al die mensen wier banen overbodig worden dan?
Financiële middelen
Op de vraag of er onbeperkt geld uitgegeven zou gaan worden stelt van de Aar dat dit niet gebeurt bij jeugdzorgers. Het gaat hen niet om geld uitgeven, zij willen de juiste zorg leveren. En hoewel ik in de uitvoering zeker zie dat dit klopt (de meeste jeugdhulpverleners hebben weinig tot geen benul van het hele commerciële / financiële plaatje), ben ik wel benieuwd of dit in de praktijk niet gaat leiden tot een ander soort marktwerking.
De stichting die verantwoordelijkheid zou dragen voor de financiën zie ik even als een soort UWV. Daar is het natuurlijk namelijk ook dat het UWV een pot geld beschikbaar heeft om ervoor te zorgen dat zoveel mogelijk mensen uit de uitkeringssituatie komen en toetreden tot de arbeidsmarkt. In de jeugdzorg zou het zijn dat deze stichting een pot overheidsgeld heeft en dit gaat verdelen tussen de jeugdzorginstellingen.
Een paar hersenspinsels van mij hierover:
- Ik hoop dat het gaat lukken om de financiën te regelen op basis van vertrouwen in plaats van wantrouwen. We moeten ons daarin wel blijven beseffen dat er de mogelijkheid bestaat dat er meer gefraudeerd gaat worden. Het lijkt mij desondanks beter om uit te gaan van welwillendheid van de zorgaanbieders en het richten op het leveren van kwaliteitszorg. Daarbij bestaat de mogelijkheid om onderzoek te doen bij vermoedens van fraude.
- Wat ik mis in de huidige aanpak is de betrokkenheid van onderwijs in de jeugdzorg. Het gaat nu om twee totaal losse potjes, zelfs als het zorg omvat. Ik zou voorstander zijn van een onderwijs-zorg combinatie aanpak waarin de jeugdige centraal staat. Het is nu eenmaal zo dat vanuit leerplicht iedere jeugdige van 4 tot 18 jaar te maken heeft met onderwijs. Een kind wat jeugdzorg ontvangt zal dus hoe dan ook te maken krijgen met onderwijs. Echt een groot gemis dat hier nog geen overstijgende aanpak (en dus ook budget) voor is ontwikkeld.
- Verder ben ik benieuwd hoe de inschatting gaat zijn met welke budgetten voor welke zorg worden toegekend. Van de Aar geeft aan dat dit aan de professionals (jeugdhulpmedewerkers) is om een inschatting te maken. Ik kan me toch zomaar voorstellen dat er onder de zorginstellingen onderling lichte strijd / jaloezie ontstaat wanneer de concullega dubbel zoveel budget weet los te peuteren van de stichting. Want geef eerlijk toe; er is nog nooit genoeg geld geweest in de jeugdzorg. Het moet altijd meer zijn.
Banen
Het lijkt inderdaad vaak zo te zijn dat we systemen maar in stand houden omdat er anders een heleboel managers / beleidsadviseurs zonder werk komen te zitten. Niet de juiste kijk lijkt me maar het is wat in de praktijk vaak gebeurd. Wanneer deze vraag aan van de Aar wordt gesteld, geeft ze (wellicht met een knipoog) aan dat deze mensen maar in de uitvoerende jeugdzorg moeten gaan werken want daar is werk genoeg.
Natuurlijk is dat niet de meest passende oplossing. Deze groep mensen hebben hun talenten namelijk volgens mij op een heel andere plek liggen en in de uitvoerende jeugdzorg zijn er andere zaken belangrijk waar niet iedereen geschikt voor is.
Om het even helder te krijgen, zet ik het uiteen in een tabel. Het gaat hier om het verschil in persoonlijk profiel. Er zijn natuurlijk altijd vakoverstijgende competenties als samenwerken, initiatief nemen, kritisch denken, professionaliteit.
Competenties uitvoerende jeugdzorg | Competenties beleid & advies |
Pragmatisch Empathisch Daadkrachtig Luisteren Signaleren Ondersteunen Flexibel | Organisatorisch Analytisch Abstractievermogen Concreet Politiek sensitief Planmatig Integriteit |
Ik begrijp dat het wellicht wat zwart/wit wordt neergezet nu en dat er veel meer nuance in aan te brengen is maar ik denk dat het onderscheid wel redelijk duidelijk wordt op deze manier.
Terugkomend op de vraag van Mulder ‘Maar al die mensen wier banen overbodig worden dan?’ is mijn conclusie dat deze groep (ik schaal mezelf hier ook even onder voor het gemak) beter tot zijn recht komt in een organisatorische / helikopterview functie. Natuurlijk blijven deze functies ook bestaan met een andere inrichting. Er zal altijd behoefte aan overzicht, bijstellen van plannen en terugkoppelingen. Ook wanneer het systeem volledig anders wordt ingericht. Wel lijkt het me zéér verstandig als deze groep managers, beleidsadviseurs en projectleiders de uitvoerende jeugdzorg meer gaan opzoeken.
Precies zoals van de Aar zelf erg goed doet. Rondkijken, proeven en oprechte interesse tonen. Op die manier kunnen we allemaal onze talenten en kwaliteiten blijven inzetten op de beste manier.